Over uitstappen en de pain cave

Het zal mijn medelopers niet ontgaan zijn dat ik het leuk vind om wedstrijden te lopen. Het liefst wel wat in de buurt, want ik heb altijd nog andere dingen te doen, uiteraard. Het toeval wilde dat ik het weekend na de halve van Zwolle twee evenementen waar ik voor uitgenodigd was. Zaterdag mocht ik gratis mee doen aan de marathon van Sneek. Een evenement waar ik vorig jaar ook liep op de halve marathon. Ik had me vorig jaar ingeschreven voor de hele marathon maar heb me kort ervoor laten omzetten naar de halve marathon. Ik had nog nooit een marathon gelopen en destijds dacht dat ik nog dat je voor een marathon een gedegen training nodig had met de nodige duurlopen, met in ieder geval een keer een 30 km duurloop. Nu, een jaar later, snap ik niet waarom ik dat toen dacht . Misschien liet ik mij toen nog wat meer beïnvloeden door de mening van anderen of misschien kon ik mij geen voorstelling maken van een afstand van 42 km. Kort na de uitnodiging voor Sneek kreeg ik een mail van Robin Kinsbergen, met de uitnodiging om met de 60 km veluwe zoomtrail mee te doen. ‘Natuurlijk, leuk, ik heb in datzelfde weekend ook een marathon maar dat is geen probleem’, antwoordde ik. Ik had nog niet gekeken naar wannneer de wedstrijden precies waren in dat weekend en had nog niet gezien dat ze nog geen halve dag na elkaar vielen. Ik voel me soms net Jim Carrey uit de film Yes Man, een film die gaat over een man die in een negatieve sleur zit en er moeilijk uit kan komen en zijn leven wil veranderen. Na het bijwonen van een lezing van een motivational speaker met bijnaam Yes Man, besluit hij vanaf dan overal ja op te zeggen. Hij merkt dat het hem veel ongemakkelijke situaties oplevert maar die uiteindelijk heel goed uitpakken. Ja zeggen is positief, het geeft kansen, haalt je uit je comfort zone en geeft nieuwe mogelijkheden, hoewel hij uiteindelijk tot het besef komt dat overal ja op zeggen niet zo’n goed idee is. Dat besef is bij mij ook geland maar ik heb het nog niet in de praktijk kunnen effectueren, of in ieder geval, niet vaak genoeg. Twee wedstrijden in één weekend hoeft geen probleem te zijn – ik vind het juist wel een fijne training, zeker als het twee halve marathons zijn. In dit geval was het zo dat de marathon zaterdagavond was, en de ultratrail zondagochtend vroeg, met nog geen 10 uur ertussen. En omdat de veluwe nogal een eindje rijden is, ging dit gepaard met een korte nacht met 2,5 uur slaap. De marathon van Sneek was geweldig; mooi weer, een mooie omgeving, en een super sfeer met muziek en eettentjes bij de start en finish. Ik kon relaxt lopen en voelde geen druk. Ik finishte net onder de 3 uur – een stuk langzamer dan mijn PR maar ik had me ook geen doel gesteld en had lekker gelopen. Na de finish ben ik nog even op het festival gebleven en heb ik nog een patatje gegeten met mijn vriend.

De laatste kilometers van de marathon van Sneek.

De benen voelden prima maar dit bleek van korte duur. Zondagochtend om half vijf kon ik bijna niet opstaan; spierpijn en stijve benen! Ik heb er niet altijd last van, en als ik een marathon redelijk rustig loop kan het zeker zo zijn dat ik de volgende dag niks voel, maar nu was dat toch anders. Wat te doen? Ik wil geen sjaak afhaak zijn dus stap toch in de auto. Misschien trekt het weg. Bij aankomst bleken de benen nog stijver dan eerst. Ik liep als een waggelende eend naar de start. Als een waggelende eend die achterna gezeten werd door een hond, want ik was een beetje laat en moest me haasten om de start te halen. ‘Misschien trekt het weg, als ik een stuk heb gelopen’, dacht ik nog. Na wat uitleg van Robin – ‘pijlen volgen, dan kan er niks mis gaan’- werden we weggeschoten. Ik ging langzaam van start; niet omdat ik het wilde maar omdat ik mijn benen niet zo goed in beweging kreeg. Het was erg warm, en vanaf het begin voelde het niet comfortabel. Eigenlijk ben ik nog niet een echte ultraloper- ik ben niet gewend om door te lopen als het minder comfortabel wordt en met de ‘pain cave’ heb ik geen ervaring. De ‘pain cave’ schijnt een ultralopers ding te zijn. Het is, zoals ik het begrijp van anderen, een situatie waarin je een heftige en voor lange afstanden onvermijdelijke pijn ergens in je lichaam krijgt. Het plan is dan dat je je daar met je mentale kracht van afsluit zodat je kan doorlopen. Ik ken het niet en ook nu had ik daar geen last van. Wel raakte ik heel snel buiten adem –ik was al compleet buiten adem vanaf de start terwijl ik in een slakkentempo liep. Op km 23 bedacht ik me dat ik nog 37 km moest terwijl ik nog amper vooruit kwam. Zonder zware overwegingen besloot ik uit te stappen. Doodzonde nummer 1 voor ultralopers die uitstappen als opgeven zien. Het is natuurlijk ook opgeven, maar toch voelde ik me niet alsof ik gefaald had. Ik ben nog steeds van mening dat hardlopen leuk en aangenaam hoort te zijn. Goed voor de gezondheid, goed voor de geest. Natuurlijk zijn er situaties waarin het lopen minder comfortabel wordt maar waarin ik wel doorzet en de wedstrijd uitloop omdat ik me dat als doel heb gesteld en de vreugde van het doel behalen opweegt tegen het tijdelijke ongemak. Nu raakte ik alleen maar gefrustreerd over mijn langzame tempo en voorzag ik de langdurige spierpijn naderhand terwijl ik geen wedstrijddoel had. Uitstappen dus. Eenmaal aangekomen bij mijn auto zag ik een briefje op mijn auto: ‘sleutel ligt bij de inschrijving’. Kak, sleutel weer eens in het slot laten zitten. Gelukkig kun je er met traillopers op vertrouwen dat ze het goede doen en de sleutel afgeven i.p.v. de auto meenemen. Eenmaal onderweg naar huis krijg ik de berichten- ‘verstandig dat je uitgestapt bent’, ‘het was ook niet haalbaar na de marathon’, etc. Lief bedoeld maar eigenwijs als ik ben, zou ik het een volgende keer natuurlijk gewoon weer proberen. Op naar mijn volgende onbereikbare, onhaalbare en zeker niet goed voorbereide of goed doordachte hardloopdoel! Wat dat wordt, daar vertel ik half juli iets over! 

2 thoughts on “Over uitstappen en de pain cave

Leave a comment